Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • blås
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Noorse werkwoord blåse
Naar frequentie 2545
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   blås     blåsen     blåser     blåsene  
genitief   blås'     blåsens     blåsers     blåsenes  

Zelfstandig naamwoord

blås, m

  1. rook, tabaksrook
Synoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
  • ta seg en blås
roken


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • blås
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Nynorske werkwoord blåse
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   blås     blåsen     blåsar     blåsane  

Zelfstandig naamwoord

blås, m

  1. een vleugje van rook
  2. rook, tabaksrook
Synoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
  • ta seg ein blås
roken