bezuinigingsplan
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·zui·ni·gings·plan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bezuiniging zn en plan zn met het invoegsel -s- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bezuinigingsplan | bezuinigingsplannen |
verkleinwoord | bezuinigingsplannetje | bezuinigingsplannetjes |
Zelfstandig naamwoord
het bezuinigingsplan o
- het voornemen om minder geld uit te geven dan voorheen
Gangbaarheid
- Het woord bezuinigingsplan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Marcel Bril en Michael de Smit“Onrust bezuinigingsplan gevangenis” (Zaterdag 5 april 2014, 17:36), NOS
- ↑ Weblink bron “De missie van Opstelten en Teeven” (Vrijdag 15 november 2013, 15:37), NOS