beroepsbekwaamheden

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·roeps·be·kwaam·he·den
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de beroepsbekwaamhedenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord beroepsbekwaamheid

Gangbaarheid