Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·ris·pin·gen

Zelfstandig naamwoord

de berispingenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord berisping
     Een mengelmoes van berispingen, ontkenningen en verwensingen die zowel fluisterend als luidkeels werden uitgesproken.[1]

Verwijzingen