begrensden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: begrensden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·grens·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
begrenzen |
begrensden
- meervoud verleden tijd van begrenzen
- Wij begrensden.
- Jullie begrensden.
- Zij begrensden.
- Wij begrensden.