beestachtigheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- beest·ach·tig·heid
Woordherkomst en -opbouw
- beestachtig met het achtervoegsel -heid [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beestachtigheid | beestachtigheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- iets dat getuigt van van onmenselijke wreedheid; iets vreselijks
- de mate waarin iemand zich onbeschaafd of wreed gedraagt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord beestachtigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.