beenvisachtig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beenvisachtig (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbemvɪsˌɑxtəx / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- been·vis·ach·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | beenvisachtig |
verbogen | beenvisachtige |
partitief | beenvisachtigs |
Bijvoeglijk naamwoord
beenvisachtig
- (dierkunde) behorend tot de superklasse beenvisachtigen, Osteichthyes , geschubde zeedieren met echte botten
- ▸ Met moderne technologieën zijn de geheimen die deze schedel herbergt nu ontrafelt. En de vis blijkt dus twee gezichten te hebben: beenvisachtig en kraakbeenvisachtig.[1]
Antoniemen
Opmerkingen
- De gewervelde landdieren stammen af van geschubde zeedieren met echte botten en zijn in dat opzicht dus beenvisachtig, maar deze aanduiding is in het taalgebruik niet gangbaar voor landdieren.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord beenvisachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Caroline Kraaijvanger“Haaien zijn niet zo primitief als gedacht” (13 januari 2015) op scientias.nl