Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·sis·beurs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord basisbeurs basisbeurzen
verkleinwoord basisbeursje basisbeursjes

Zelfstandig naamwoord

de basisbeursv / m

  1. (onderwijs) standaard financiële vergoeding in Nederland voor vier jaar studeren aan het hoger onderwijs
    • De basisbeurs voor studenten in het hoger onderwijs gaat per 1 september 2015 verdwijnen.[1] 
Verwante begrippen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen