Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bank·roet·la·ma
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bankroetlama bankroetlama's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bankroetlamam

  1. in een spel een lama die bij gevangenneming tot bankroet van een speler leidde

Gangbaarheid