Deens

Woordafbreking
  • ba·ner
Naar frequentie 11422

Werkwoord

baner

  1. tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bane

Zelfstandig naamwoord

baner

  1. nominatief onbepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van bane


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·ner
Naar frequentie 15645

Werkwoord

baner

  1. tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bane

Zelfstandig naamwoord

baner

  1. nominatief onbepaald mannelijk enkelvoud van bane


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·ner

Zelfstandig naamwoord

baner

  1. nominatief onbepaald mannelijk enkelvoud van bane
Schrijfwijzen