baner
Deens
Woordafbreking
- ba·ner
Naar frequentie | 11422 |
---|
Werkwoord
baner
- tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bane
Zelfstandig naamwoord
baner
- nominatief onbepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van bane
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·ner
Naar frequentie | 15645 |
---|
Werkwoord
baner
- tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bane
Zelfstandig naamwoord
baner
- nominatief onbepaald mannelijk enkelvoud van bane
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·ner
Zelfstandig naamwoord
baner
- nominatief onbepaald mannelijk enkelvoud van bane