De bandvoorjaarsuil

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • band·voor·jaars·uil
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bandvoorjaarsuil bandvoorjaarsuilen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bandvoorjaarsuilm

  1. (vlinders) bepaalde soort vlinder, Orthosia opima  , uit de familie Noctuidae, die in Nederland voorkomt [1]
Hyperoniemen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen