bandrobbetje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- band·rob·be·tje
Zelfstandig naamwoord
het bandrobbetje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bandrob
Gangbaarheid
- Het woord 'bandrobbetje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.