Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bal·tem·po
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord baltempo baltempo's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het baltempoo

  1. snelheid waarmee men de bal (over)speelt bij voetbal
    • HSC'21 begon goed aan het duel met Zwaluwen, maar kwam op achterstand en raakte vervolgens van de weg. "Zij lieten ons het spel maken, maar we kregen het niet voor elkaar ze kapot te spelen", blikt Ter Hogt terug. "In de beginfase overrompelden we ze helemaal." De spelmaker geeft toe dat HSC'21 het daar ook van moet hebben dit seizoen. "Helemaal in thuiswedstrijden. Dan willen we de tegenstander vanaf het eerste fluitsignaal bij de strot pakken. Uiteindelijk lag bij ons het baltempo te laag. Als je van een op papier mindere tegenstander verliest is dat dubbel zo zuur." [1] 
    • PSV-trainer Cocu twijfelde in de rust om Luuk de Jong nog te laten warmlopen. "Maar toen we in tweede helft op voorsprong kwamen, wilde ik dat risico niet nemen. Het baltempo was hoger, de linies sloten beter in elkaar en we dekten door vanuit achterhoede: kortom, alles ging beter in de tweede helft." [2] 

Gangbaarheid

87 % van de Nederlanders;
83 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Tubantia M. Oude Nijeweeme 24 augustus 2017 Het begint weer te kriebelen bij HSC'21-speler Bas ter Hogt
  2. Tubantia T. Goullet 30 september 2017 Van Ginkel: Balletje moet sneller rondgaan
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be