balletdanser
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bal·let·dan·ser
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ballet en danser
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | balletdanser | balletdansers |
verkleinwoord | balletdansertje | balletdansertjes |
Zelfstandig naamwoord
de balletdanser m
- (beroep) een man die ballet danst
- De balletdanser kon maar net zijn evenwicht bewaren.
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een man die ballet danst
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord balletdanser staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.