Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·de·de
Naar frequentie 25616

Werkwoord

badede

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bade


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·de·de
Naar frequentie zeldzaam

Bijvoeglijk naamwoord

badede

  1. bepaald enkelvoud stellende trap van badet
Schrijfwijzen

badede

  1. meervoud stellende trap van badet
Schrijfwijzen