baarden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- baar·den
Zelfstandig naamwoord
de baarden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord baard
Werkwoord
vervoeging van |
---|
baren |
baarden
- meervoud verleden tijd van baren
- Wij baarden.
- Jullie baarden.
- Zij baarden.
- Wij baarden.