Nederlands

 
1. Avondtoiletten, gedragen bij een staatsbezoek in 1963.
Uitspraak
Woordafbreking
  • avond·toi·let
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord avondtoilet avondtoiletten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het avondtoileto

  1. mooie en goed verzorgde opmaak en kleding om chique uit te gaan
    • Ik ken de zuigende kracht van het illusionisme sinds ik de act van de kostuums zag. Een man en een vrouw dansten in elkaars armen en elke halve minuut gooide een van beiden een wolk confetti op. Die confetti dwarrelde neer, het oranje cocktailjurkje werd een purperen avondtoilet en de smoking werd 'tophat and tails'. [2]

Gangbaarheid

Verwijzingen