armbloemige zegge


Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • arm·bloe·mi·ge zeg·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord armbloemige zegge armbloemige zeggen
verkleinwoord armbloemig zeggetje armbloemige zeggetjes

Zelfstandig naamwoord

de armbloemige zeggev / m

  1. (bloemplanten) Carex pauciflora   een overblijvende plant die behoort tot de cypergrassenfamilie (Cyperaceae  ). De plant komt van nature voor in de koude en gematigde bergstreken op het Noordelijk halfrond. De soort is inheems in Wallonië
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie