apoplectischers
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- apo·plec·ti·schers
Bijvoeglijk naamwoord
apoplectischers
- partitief van de vergrotende trap van apoplectisch
Gangbaarheid
- Het woord 'apoplectischers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.