antropoïde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: antropoïde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- an·tro·po·i·de
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘mensachtig’ voor het eerst aangetroffen in 1986 [1]
- met het voorvoegsel antropo- met het achtervoegsel -oïde [2]
stellend | |
---|---|
onverbogen | antropoïde |
verbogen |
Bijvoeglijk naamwoord
antropoïde
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | antropoïde | antropoïden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de antropoïde v
Gangbaarheid
- Het woord antropoïde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.