Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·ti·ra·ket·wa·pen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord antiraketwapen antiraketwapens
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het antiraketwapeno

  1. (militair) wapen waarmee men een aanvallende raket kan vernietigen

Gangbaarheid