Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ana·ly·seert

Werkwoord

vervoeging van
analyseren

analyseert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van analyseren
    • Jij analyseert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van analyseren
    • Hij analyseert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van analyseren
    • Analyseert!