ambachtsvrouwe
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- am·bachts·vrou·we
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ambacht en vrouwe met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ambachtsvrouwe | ambachtsvrouwen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de ambachtsvrouwe v
- (geschiedenis) vrouwelijke variant van ambachtsheer
Gangbaarheid
- Het woord 'ambachtsvrouwe' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.