Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ago·lo·gie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord agologie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de agologiev

  1. (wetenschap) wetenschap van het opvoedend en vormend handelen. (agogiek)
Verwante begrippen

Gangbaarheid

47 % van de Nederlanders;
48 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen