aframmelen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aframmelen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·ram·me·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af en rammelen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aframmelen |
rammelde af |
afgerammeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
- overgankelijk, (informeel) een pak rammel geven, afranselen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een pak rammel geven, afranselen
Gangbaarheid
- Het woord aframmelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aframmelen" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be