Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • adop·tant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord adoptant adoptanten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de adoptantm

  1. iemand die een kind adopteert

Gangbaarheid

78 % van de Nederlanders;
77 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


Frans

Werkwoord

adoptant

  1. tegenwoordig deelwoord (participe présent) van adopter