Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • acu·punc·tuur
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘geneeswijze d.m.v. naalden’ voor het eerst aangetroffen in 1832 [1]
  • uit het Latijn [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord acupunctuur -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de acupunctuurv

  1. een Chinese behandelingsmethode waarbij, ter genezing van een kwaal of ter bestrijding van pijn, op bepaalde plaatsen naalden in de huid worden gestoken
    • `Ik heb acupunctuur geprobeerd. Maar het werkte niet. [3] 
Vertalingen

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen