achthonderdeenentachtig
Nederlands
 |
 |
|
|
| 0 | 8 | 8 | 1 |
achthonderdeenentachtig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: achthonderdeenentachtig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌɑxthɔndərtˈenənˌtɑxtəx / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- acht·hon·derd·een·en·tach·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van achthonderd ht en eenentachtig ht
Hoofdtelwoord
achthonderdeenentachtig
- "881", het getal tussen achthonderdtachtig en achthonderdtweeëntachtig, achthonderd plus eenentachtig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen achthonderdeenentachtig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer achthonderdeenentachtig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "achthonderdeenentachtig" ht als linkerdeel
Vertalingen
1. het getal 881
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | achthonderdeenentachtig | achthonderdeenentachtigs |
| verkleinwoord | achthonderdeenentachtigje | achthonderdeenentachtigjes |
Zelfstandig naamwoord
de achthonderdeenentachtig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 881 is aangeduid
- Als jij achthonderdeenentachtig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
achthonderdeenentachtig mv
- groep van 881 eenheden
- Die achthonderdeenentachtig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'achthonderdeenentachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.