Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ach·ter·om·me·tje
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord achterommetje achterommetjes

Zelfstandig naamwoord

het achterommetjeo dim. tant.

  1. een pad dat naar de achterzijde van een huis voert
    • Het achterommetje is al gereedgekomen. 

Gangbaarheid