Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aard·ob·ser·va·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aardobservatie aardobservaties
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de aardobservatiev

  1. wetenschappelijke waarnemingen van de aarde (vanuit de ruimte)
     De faculteit ITC richt zich op aardobservatie en zogeheten geo-informatie (met name bodemkunde). Voor 142 nieuwe studenten uit 32 verschillende landen vormt de bijeenkomst het begin van hun opleiding.[1]
     De ‘Prinses Margriet-leerstoel’ wordt aan de faculteit geo-informatiewetenschappen en aardobservatie (ITC) van de UT ingesteld.[2]
     Zaterdag stortte een deel van de hoofdkegel van de vulkaan in. De afgelopen dagen zijn de lavastromen wel wat trager en stroperiger geworden. De pluim van gassen en as heeft een hoogte van 2.800 meter bereikt. De lava bedekt nu bijna 900 hectare land en heeft ruim 2.100 gebouwen verwoest, blijkt uit gegevens van Copernicus, het programma voor aardobservatie van de Europese Unie.[3]
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Minister Ploumen opent studiejaar ITC in Enschede” (25-09-2014), Tubantia
  2.   Weblink bron “UT schenkt jarige prinses Margriet leerstoel” (19-01-2018), Tubantia
  3.   Weblink bron “Nieuwe krater zorgt voor extra lavastroom op La Palma” (24/10/2021), De Standaard