Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·vroe·gen

Werkwoord

vervoeging van
aanvragen

aanvroegen

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aanvragen
    • ...dat wij aanvroegen. 
    • ...dat jullie aanvroegen. 
    • ...dat zij aanvroegen. 

Gangbaarheid