aanstelleritis
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanstelleritis (hulp, bestand)
- IPA: / ˌanstɛləˈritɪs / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·stel·le·ri·tis
Woordherkomst en -opbouw
- Ludiek bedoelde afleiding van aansteller of aanstellerij met het achtervoegsel -itis, aldus de suggestie wekkend dat het om een medische aandoening gaat
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanstelleritis | - |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de aanstelleritis v
- (informeel) aanstellerij
- De voetballer werd geveld door een aanval van acute aanstelleritis.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanstelleritis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.