Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·sluit·kraan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aansluitkraan aansluitkranen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de aansluitkraanv / m

  1. (techniek) mechanisme waarmee de instroom van vloeistof of gas door de verbinding met een aanvoerleiding kan worden geregeld
     Het filterhuis is in het aanrechtkastje inbouwbaar en wordt met een aansluitkraan rechtstreeks op de waterleiding aangesloten.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Inge Kalmann
    Zuiver drinkwater in: De Telegraaf  , jrg. 100 nr. 32617 (9 december 1992), Dagblad De Telegraaf, Amsterdam, p. 31 kol. 8