aanrechtje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanrechtje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanrɛx(t)jə / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·recht·je
Zelfstandig naamwoord
het aanrechtje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanrecht
Gangbaarheid
- Het woord 'aanrechtje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.