aanpuntten
- Geluid: aanpuntten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈampʏntə(n) / (3 lettergrepen)
- aan·punt·ten
vervoeging van |
---|
aanpunten |
aanpuntten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aanpunten
- ...dat wij aanpuntten.
- ...dat jullie aanpuntten.
- ...dat zij aanpuntten.
- ...dat wij aanpuntten.
- Het woord aanpuntten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.