aanpassinkje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanpassinkje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈampɑsɪŋkjə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·pas·sin·kje
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van aanpassing met het achtervoegsel -kje
Zelfstandig naamwoord
het aanpassinkje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanpassing
Gangbaarheid
- Het woord 'aanpassinkje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.