aangebroken
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aangebroken (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaŋɣəˌbrokə(n) / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·ge·bro·ken
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van aanbreken: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van aan bw en gebroken ww
Werkwoord
vervoeging van: | aanbreken… |
verbogen vorm: | aangebrokene |
aangebroken
- voltooid deelwoord van aanbreken
Gangbaarheid
- Het woord 'aangebroken' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.