Schornsteinfegern

Duits

Uitspraak
  • IPA: /'ʃɔʁnʃtaɪ̯nfeːɡɐn/
Woordafbreking
  • Schorn·stein·fe·gern

Zelfstandig naamwoord

Schornsteinfegern mv

  1. datief meervoud van Schornsteinfeger