MiG

Nederlands

Een MiG vliegt boven Moskou (2007).

Uitspraak

• Geluid:  MiG    (hulp, bestand)
• IPA: / mɪx / (1 lettergreep)

Woordafbreking

• MiG

Woordherkomst en -opbouw

• van Russisch МиГ, de afkorting van Микоян и Гуревич (Mikojan i Goerevitsj), letterlijk: "Mikojan & Goerevitsj ", de oprichters van dit ontwerpbureau voor jachtvliegtuigen

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	MiG	MiG's
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de MiG m

1. (militair) benaming voor Russische jachtvliegtuigen

   ▸ De technici spraken hun bewondering uit over de straalmotoren en de robuustheid van het ontwerp, maar ze braken zich het hoofd over de radio- en radarapparatuur in de MiG.

   ▸ Noord-Koreaanse gevechtsvliegtuigen hebben dit weekeinde in het internationale luchtruim een bemand Amerikaans spionagevliegtuig onderschept. De Noord-Koreaanse MiG's zijn daarbij tot op vijftien meter afstand van het Amerikaanse toestel gekomen.

Afgeleide begrippen

• MiG-9, MiG-15, MiG-17, MiG-19, MiG-21, MiG-23, MiG-25, MiG-27, MiG-29, MiG-31, MiG-31K, MiG-33, MiG-35
• MiG-gevechtsvliegtuig, MiG-jachtvliegtuig, MiG-straaljager, MiG-toestel

Gangbaarheid

• Het woord 'MiG' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.