Koninkrijksminister
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Ko·nink·rijks·mi·nis·ter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Koninkrijk der Nederlanden zn en minister zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Koninkrijksminister | Koninkrijksministers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Koninkrijksminister m
- (politiek) Nederlandse minister die zich bezighoudt met Koninkrijksaangelegenheden
- ▸ Het kabinet-Rhuggenaath benadrukt dat Blok als koninkrijksminister "vier multi-etnische, multireligieuze en multiculturele landen in het Koninkrijk vertegenwoordigt" in het buitenland.[1]
Gangbaarheid
- Het woord Koninkrijksminister staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Ook Curaçao 'diep geraakt' door uitspraken Blok” (20-07-2018), NOS