Enschedeër
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Enschedeër (hulp, bestand)
Woordafbreking
- En·sche·de·er
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Enschedeër | Enschedeërs |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Enschedeër m
- (demoniem) een inwoner van Enschede, of iemand afkomstig uit Enschede
Verwante begrippen
Demoniemen bij Enschede in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Enschedeër • inwoonster: Enschedese • bijvoeglijk: Enschedees |
Gangbaarheid
- Het woord Enschedeër staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.