Cambodjaanse bospatrijs

Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • Cam·bod·jaan·se bos·pa·trijs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Cambodjaanse bospatrijs Cambodjaanse bospatrijzen
verkleinwoord Cambodjaans bospatrijsje Cambodjaanse bospatrijsjes

Zelfstandig naamwoord

de Cambodjaanse bospatrijsv / m

  1. (hoendervogels) Arborophila cambodiana   een vogel uit de familie fazantachtigen (Phasianidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1928 door Delacour & Jabouille. De soort komt voor in Cambodja en telt 2 ondersoorten
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie