Bahamaan
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Ba·ha·maan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Bahamaan | Bahamanen |
verkleinwoord | Bahamaantje | Bahamaantjes |
Zelfstandig naamwoord
de Bahamaan m
- (demoniem) iemand afkomstig van de Bahama's
- Ik had een Bahamaan in mijn klas.
Verwante begrippen
Demoniemen bij Bahama's in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Bahamaan • inwoonster: Bahamaanse • bijvoeglijk: Bahamaans |
Gangbaarheid
- Het woord Bahamaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.