500 eurobiljetten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • 500 eu·ro·bil·jet·ten, (indien uitgesproken) vijf·hon·derd eu·ro·bil·jet·ten

Zelfstandig naamwoord

de 500 eurobiljettenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord 500 eurobiljet
Schrijfwijzen