Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • 13e-eeu·wer
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van 13e en eeuw met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord 13e-eeuwer 13e-eeuwers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de 13e-eeuwerm

  1. iemand die in de 13de-eeuw (1201 tot en met 1300) heeft geleefd

Gangbaarheid