119-jarige

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  119-jarige    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌhɔndərtˈneɣə(n)tinˌjarəɣə / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• 119-ja·rige

Woordherkomst en -opbouw

• bn:  119-jarig bn  met de uitgang -e
• zn: afgeleid van  119-jarig bn  met het achtervoegsel -e

Bijvoeglijk naamwoord

119-jarige

1. verbogen vorm van de stellende trap van 119-jarig

   • De vulkaan werd weer actief na een 119-jarige periode zonder uitbarstingen. 

Schrijfwijzen

• honderdnegentienjarige

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	119-jarige	119-jarigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de 119-jarige v / m

1. persoon die 119 jaar oud is of iets dat 119 jaar bestaat

   • De 119-jarige is de oudste inwoonster van het land. 

Schrijfwijzen

• honderdnegentienjarige

Gangbaarheid

• Het woord '119-jarige' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.